Zoekopties
Home Media Explainers Onderzoek & publicaties Statistieken Monetair beleid De euro Betalingsverkeer & markten Werken bij de ECB
Suggesties
Sorteren op

Inleidende Verklaring

Mario Draghi, President van de ECB,
Vítor Constâncio, Vice-President van de ECB,
Frankfurt am Main, 10 maart 2016

Dames en heren, de Vice-President en ik heten u van harte welkom bij onze persconferentie. We zullen nu verslag doen van de vergadering van de Raad van Bestuur van vandaag, die tevens werd bijgewoond door de Vice-Voorzitter van de Commissie, de heer Dombrovskis.

Op basis van onze reguliere economische en monetaire analyses hebben wij een grondige herbeoordeling van onze monetairbeleidskoers uitgevoerd, waarbij wij ook rekening hielden met de nieuwe door onze medewerkers opgestelde macro-economische projecties die lopen tot in het jaar 2018. Als uitkomst daarvan heeft de Raad van Bestuur in het streven naar zijn prijsstellingsdoelstelling besloten tot een reeks maatregelen. Dit veelomvattende pakket zal de synergieën tussen de verschillende instrumenten benutten en is gekalibreerd om de financieringscondities verder te verruimen, nieuwe kredietverstrekking te stimuleren en zo de kracht van het economisch herstel van het eurogebied te versterken en de terugkeer van de inflatie naar een niveau van onder maar dicht bij 2% te versnellen.

Ten eerste hebben wij, wat betreft de basisrentetarieven van de ECB, besloten het rentetarief voor de basisherfinancieringstransacties van het Eurosysteem met 5 basispunten te verlagen naar 0,00%, en het rentetarief voor de marginale beleningsfaciliteit te verlagen met 5 basispunten naar 0,25%. Het rentetarief voor de depositofaciliteit werd met 10 basispunten verlaagd naar -0,40%.

Ten tweede hebben wij besloten de maandelijkse aankopen in het kader van ons aankoopprogramma voor activa te verhogen van €60 miljard naar €80 miljard. Het is de bedoeling dat deze aankopen zullen lopen tot eind maart 2017 of zo nodig langer, in ieder geval totdat de Raad van Bestuur bewijs ziet van een aanhoudende verandering in het beloop van de inflatie die in overeenstemming is met zijn doelstelling op de middellange termijn een inflatiecijfer onder maar dicht bij 2% te verwezenlijken. Om de soepele aanhoudende tenuitvoerlegging van onze activa-aankopen te waarborgen hebben wij tevens besloten de voor emittent en uitgifte geldende limieten voor de aankopen van waardepapieren die zijn uitgegeven door in aanmerking komende internationale organisaties en multilaterale ontwikkelingsbanken, te verhogen, en wel van 33% tot 50%.

Ten derde hebben wij besloten hoogwaardige (‘investment-grade’) in euro luidende obligaties die zijn uitgegeven door in het eurogebied gevestigde niet-bancaire ondernemingen op te nemen op de lijst van activa die in aanmerking komen voor de reguliere aankopen in het kader van een nieuw programma voor de aankoop van door de bedrijvensector uitgegeven waardepapieren. Dit zal de doorwerking van onze activa-aankopen in de financieringscondities van de reële economie verder versterken. De aankopen in het kader van het nieuwe programma zullen van start gaan tegen het einde van het tweede kwartaal van dit jaar.

Ten vierde hebben wij besloten van start te gaan, te beginnen in juni 2016, met een nieuwe reeks van vier gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO II), elk met een looptijd van vier jaar. Deze nieuwe transacties zullen de accommoderende monetairbeleidskoers van de ECB en de transmissie van ons monetair beleid versterken door een verdere stimulans te geven aan de bancaire kredietverlening aan de reële economie. Tegenpartijen zullen tot 30% van de voorraad in aanmerking komende leningen per 31 januari 2016 kunnen lenen. Het rentetarief bij TLTRO II zal worden vastgesteld over de looptijd van elke transactie, op het rentetarief dat ten tijde van de inschrijving geldt voor de basisherfinancieringstransacties van het Eurosysteem. Voor banken waarvan de netto kredietverstrekking een bepaalde maatstaf overschrijdt, zal het bij de TLTRO II toegepaste rentetarief lager liggen, en zal het zo laag kunnen zijn als het rentetarief op de depositofaciliteit ten tijde van de inschrijving. Er zal bij TLTRO II geen sprake zijn van vereisten voor verplichte vroege terugbetaling, en overstappen vanuit TLTRO I zal worden toegestaan.

Ten slotte verwacht de Raad van Bestuur, vooruitblikkend en rekening houdend met de huidige vooruitzichten voor de prijsstabiliteit, dat de basisrentetarieven van de ECB op de huidige of lagere niveaus zullen blijven, voor een langdurige periode en ruim voorbij de periode van onze netto activa-aankopen.

Afzonderlijke persberichten met daarin nadere details over de door de Raad van Bestuur genomen maatregelen, zullen vanmiddag om 15:30 uur Midden-Europese tijd worden gepubliceerd.

Als aanvulling op de maatregelen die sinds juni 2014 zijn genomen, verschaffen wij met het veelomvattende pakket aan monetairbeleidsmaatregelen van vandaag een substantiële monetaire stimulans om de toegenomen risico's voor de prijsstabiliteitsdoelstelling van de ECB tegen te gaan. Hoewel zeer lage en zelfs negatieve inflatiecijfers de komende paar maanden ten gevolge van bewegingen in de olieprijs niet te vermijden zijn, is het van cruciaal belang tweederonde-effecten te vermijden door de terugkeer van de inflatie naar niveaus onder maar dicht bij 2% zonder onnodige vertraging zeker te stellen. De Raad van Bestuur zal het beloop van de vooruitzichten voor de prijsstabiliteit over de komende periode zeer nauwlettend blijven volgen.

Laat ik nu gedetailleerder ingaan op onze beoordeling, te beginnen met de economische analyse. Bevestigd werd dat het reële bbp van het eurogebied kwartaal-op-kwartaal in het vierde kwartaal van 2015 met 0,3% was gegroeid, ondersteund door de binnenlandse vraag, terwijl het tegelijkertijd werd gedempt door een negatieve bijdrage van de netto uitvoer. De meest recente op enquêtes gebaseerde gegevens wijzen op een zwakker dan verwachte groeidynamiek aan het begin van het jaar. Vooruitblikkend, verwachten wij dat het economisch herstel in gematigd tempo verder zal gaan. De binnenlandse vraag zou verder moeten worden ondersteund door onze monetairbeleidsmaatregelen en hun gunstige invloed op de financiële condities, en door aanhoudende verbeteringen in de werkgelegenheid dankzij in het verleden doorgevoerde structurele hervormingen. Daarnaast zou de lage olieprijs aanvullende steun moeten geven aan het reëel besteedbaar inkomen van huishoudens en de particuliere consumptie, en aan de winstgevendheid van bedrijven en de investeringen. Voorts is de begrotingskoers van het eurogebied licht expansief, deels ten gevolge van maatregelen ter ondersteuning van vluchtelingen. Het economisch herstel in het eurogebied blijft echter worden getemperd door zwakke groeivooruitzichten in de opkomende markten, volatiele financiële markten, de noodzakelijke balansaanpassingen in een aantal sectoren en door het trage tempo van de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen

Deze vooruitzichten komen in grote lijnen ook naar voren in de in maart 2016 door medewerkers van de ECB opgestelde macro-economische projecties voor het eurogebied, die voor 2016 een stijging van het reële bbp op jaarbasis voorzien van 1,4%, van 1,7% voor 2017 en van 1,8% voor 2018. Vergeleken met de in december 2015 door medewerkers van het Eurosysteem opgestelde macro-economische projecties zijn de vooruitzichten voor de reële bbp-groei enigszins neerwaarts bijgesteld, voornamelijk ten gevolge van de zwakker geworden groeivooruitzichten voor de mondiale economie.

De risico's voor de groeivooruitzichten van het eurogebied blijven voornamelijk van neerwaartse aard. Deze houden met name verband met de toegenomen onzekerheid ten aanzien van de ontwikkelingen in de wereldeconomie en met bredere geopolitieke risico's.

Volgens de flash raming van Eurostat beliep de HICP-inflatie van het eurogebied op jaarbasis in februari 2016 -0,2%, vergeleken met 0,3% in januari. Alle belangrijke HICP-componenten droegen aan deze daling bij. Wat de nabije toekomst betreft is de verwachting, op basis van de huidige prijzen van energiefutures, dat het inflatiecijfer op jaarbasis de komende maanden negatief blijft en later in 2016 zal aantrekken. Daarna zou de inflatie, ondersteund door onze monetairbeleidsmaatregelen en het verwachte economisch herstel, verder moeten herstellen. De Raad van Bestuur zal de prijsvormings- en loonontwikkelingen in het eurogebied nauwlettend volgen, en er daarbij in het bijzonder op letten ervoor te zorgen dat het huidige klimaat van lage inflatie zich niet vertaalt in tweederonde-effecten op de loon- en prijsvorming.

Dit brede patroon komt ook naar voren in de in maart 2016 door medewerkers van de ECB opgestelde macro-economische projecties voor het eurogebied, die een HICP-inflatie op jaarbasis voorzien van 0,1% in 2016, 1,3% in 2017 en 1,6% in 2018. Ten opzichte van de door medewerkers van het Eurosysteem opgestelde macro-economische projecties van december 2015 zijn de vooruitzichten voor de HICP-inflatie neerwaarts bijgesteld, voornamelijk ten gevolge van de daling van de olieprijs over de afgelopen maanden.

Wat de monetaire analyse betreft: recente gegevens bevestigen de solide groei van het ruime monetaire aggregaat (M3), waarbij de twaalfmaands groei van M3 in januari 2016 uitkwam op 5,0%, vergeleken met 4,7% in december 2015. De groei van M3 op jaarbasis blijft voornamelijk worden ondersteund door de meest liquide componenten, waarbij de groei op jaarbasis van het eng gedefinieerde monetaire aggregaat M1 in januari uitkwam op 10,5%, vergeleken met 10,8% in december 2015.

De kredietverstrekkingsdynamiek is zich geleidelijk blijven herstellen, een ontwikkeling die al te zien is sinds begin 2014. Het groeitempo op jaarbasis van leningen aan niet-financiële vennootschappen (gecorrigeerd voor de verkoop en securitisatie van leningen) steeg in januari 2016 naar 0,6%, tegenover 0,1% in december 2015. De ontwikkelingen in de leningen aan ondernemingen weerspiegelen de vertraagde relatie met de conjunctuurfase, kredietrisico’s en de voortgaande balansaanpassingen in de financiële en niet-financiële sector. De groei op jaarbasis van leningen aan huishoudens (gecorrigeerd voor de verkoop en securitisatie van leningen) bleef in januari 2016 stabiel, op 1,4%. Over het geheel genomen hebben de door ons sinds juni 2014 genomen monetairbeleidsmaatregelen de kredietnemingskosten voor bedrijven en huishoudens en de kredietstromen in het eurogebied duidelijk verbeterd.

Kortom: een toetsing van de uitkomsten van de economische analyse aan die van de monetaire analyse bevestigde de noodzaak van een verdere monetaire stimulans om zonder onnodige vertraging een terugkeer van de inflatie naar niveaus onder maar dicht bij 2% op de middellange termijn te waarborgen.

Het monetair beleid is gericht op het handhaven van de prijsstabiliteit op de middellange termijn, en de accommoderende koers ervan ondersteunt de economische bedrijvigheid. Om echter ten volle de vruchten van onze monetairbeleidsmaatregelen te kunnen plukken, moet ook op andere beleidsterreinen een vastbesloten bijdrage worden geleverd. Gezien de aanhoudende hoge structurele werkloosheid en de lage potentiële productiegroei in het eurogebied, dient het zich voortzettende conjuncturele herstel te worden ondersteund door effectief structureel beleid. Met name maatregelen om de productiviteit te verhogen en het ondernemingsklimaat te verbeteren (waaronder het zorgen voor een toereikende openbare infrastructuur), zijn van cruciaal belang om de investeringen te doen toenemen en het scheppen van banen te bevorderen. Snelle en effectieve tenuitvoerlegging van structurele hervormingen, tegen de achtergrond van een accommoderend monetair beleid, zal niet alleen leiden tot hogere duurzame economische groei in het eurogebied, maar zal tevens het eurogebied beter bestand maken tegen mondiale schokken. Zoals aangegeven door de Europese Commissie, is de tenuitvoerlegging van land-specifieke aanbevelingen in 2015 redelijk beperkt gebleven; de hervormingsinspanningen dienen in het merendeel van de landen van het eurogebied daarom te worden geïntensiveerd. Het begrotingsbeleid dient het economisch herstel te ondersteunen, maar zich daarbij te houden aan de begrotingsregels van de Europese Unie. De volledige en consistente tenuitvoerlegging van het Stabiliteits- en Groeipact is van cruciaal belang om het vertrouwen in het begrotingskader te handhaven. Tegelijkertijd dienen alle landen te streven naar een groeivriendelijker samenstelling van hun begrotingsbeleid.

Wij staan nu tot uw beschikking voor vragen.

Voor de exacte bewoordingen van de door de Raad van Bestuur overeengekomen tekst wordt verwezen naar de Engelstalige versie.

CONTACT

Europese Centrale Bank

Directoraat-generaal Communicatie

Reproductie is alleen toegestaan met bronvermelding.

Contactpersonen voor de media