Zoekopties
Home Media Explainers Onderzoek & publicaties Statistieken Monetair beleid De euro Betalingsverkeer & markten Werken bij de ECB
Suggesties
Sorteren op

Inleidende Verklaring

Mario Draghi, President van de ECB,
Vítor Constâncio, Vice-President van de ECB,
Frankfurt am Main, 21 april 2016

Dames en heren, de Vice-President en ik heten u van harte welkom bij onze persconferentie. We zullen nu verslag doen van de uitkomsten van de vergadering van de Raad van Bestuur van vandaag, die tevens werd bijgewoond door de Vice-Voorzitter van de Commissie, de heer Dombrovskis.

Op basis van onze reguliere economische en monetaire analyses hebben wij besloten de basisrentetarieven van de ECB onveranderd te laten. Wij blijven verwachten dat deze voor een langdurige periode en ruim voorbij de periode van onze netto aankopen van activa op de huidige of lagere niveaus zullen blijven. Wat betreft de bijzondere monetairbeleidsmaatregelen waartoe werd besloten op 10 maart 2016, zijn wij begonnen onze maandelijkse aankopen in het kader van het programma voor de aankoop van activa te verhogen naar €80 miljard, vanaf het voorgaande bedrag van €60 miljard. Zoals bij voorgaande gelegenheden vermeld, is het de bedoeling dat deze aankopen zullen lopen tot eind maart 2017 of zo nodig langer, en in ieder geval totdat de Raad van Bestuur bewijs ziet van een aanhoudende verandering in het beloop van de inflatie die in overeenstemming is met zijn inflatiedoelstelling. Daarnaast zullen wij in juni de eerste transactie van onze nieuwe reeks gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO II) verrichten en zullen wij beginnen met de aankopen in het kader van ons programma voor de aankoop van door de bedrijvensector uitgegeven waardepapieren (CSPP). Nadere informatie over de tenuitvoerleggingsaspecten van het CSPP zullen worden verstrekt, na de persconferentie, op de website van de ECB.

Na ons veelomvattende pakket aan begin maart genomen besluiten zijn de brede financieringscondities in het eurogebied verbeterd. De doorwerking van de monetairbeleidstimulans naar bedrijven en huishoudens, met name via het bancaire stelsel, wordt krachtiger. Mondiale onzekerheden blijven echter bestaan.

Vooruitblikkend, is het van essentieel belang een passende mate van monetaire accommodatie in stand te houden zo lang als nodig is om de kracht van het economisch herstel in het eurogebied te versterken en de terugkeer van de inflatie naar een niveau onder maar dicht bij 2% te versnellen. De Raad van Bestuur zal het beloop van de vooruitzichten voor de prijsstabiliteit nauwlettend blijven volgen en, indien nodig voor de verwezenlijking van zijn doelstelling, actie ondernemen door gebruik te maken van alle binnen zijn mandaat ter beschikking staande instrumenten. In de huidige context is het van cruciaal belang ervoor te zorgen dat het klimaat van zeer lage inflatie zich niet vertaalt in tweederonde-effecten op de loon- en prijsvorming.

Laat ik nu gedetailleerder ingaan op onze beoordeling, te beginnen met de economische analyse. Het reële bbp van het eurogebied steeg in het vierde kwartaal van 2015 kwartaal-op-kwartaal met 0,3%, ondersteund door de binnenlandse vraag, terwijl het tegelijkertijd werd gedempt door relatief zwakke uitvoertendensen. De binnenkomende gegevens voor het eerste kwartaal van 2016 duiden op aanhoudende productiegroei, in een tempo dat globaal genomen gelijk is aan dat in het laatste kwartaal van 2015. Vooruitblikkend, verwachten wij dat het economisch herstel zal aanhouden. Met name de binnenlandse vraag blijft worden ondersteund door onze monetairbeleidsmaatregelen. De gunstige invloed daarvan op de financieringscondities, samen met de verbeteringen in de winstgevendheid van bedrijven, komt de investeringen ten goede. Bovendien zouden onze accommoderende monetairbeleidskoers, aanhoudende werkgelegenheidsgroei ten gevolge van structurele hervormingen in het verleden en de nog steeds relatief lage olieprijs verdergaande steun moeten geven aan het reëel besteedbaar inkomen van huishoudens en de particuliere consumptie. Daarnaast is de begrotingskoers van het eurogebied licht expansief. Tegelijkertijd wordt het economisch herstel in het eurogebied nog steeds gedempt door de aanhoudende balansaanpassingen in een aantal sectoren, het trage tempo van de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen en gematigde groeivooruitzichten in de opkomende markten.

De risico's voor de groeivooruitzichten van het eurogebied blijven nog steeds van neerwaartse aard. Onze recente monetairbeleidsbeslissingen hebben de algehele financieringscondities verbeterd, en dit zou de vooruitzichten voor de consumptie en de investeringen moeten ondersteunen. Er blijft echter sprake van onzekerheden, die met name verband houden met de ontwikkelingen in de wereldeconomie en met geopolitieke risico's.

Volgens Eurostat bedroeg de HICP-inflatie van het eurogebied op jaarbasis in maart 2016 0,0%, vergeleken met -0,2% in februari, voornamelijk ten gevolge van een stijging van de dienstenprijsinflatie. Wat de nabije toekomst betreft: op basis van de huidige prijzen van energiefutures zou het inflatiecijfer de komende maanden weer negatief kunnen worden alvorens in de tweede helft van 2016 aan te trekken. Daarna zou de inflatie, ondersteund door onze monetairbeleidsmaatregelen en het verwachte economisch herstel, in 2017 en 2018 verder moeten herstellen.

Wat de monetaire analyse betreft: het ruime monetaire aggregaat (M3) is in februari 2016 in stevig tempo blijven groeien, waarbij de twaalfmaands groei ervan onveranderd bleef op 5,0%. Net als in voorgaande maanden werd de groei van M3 op jaarbasis voornamelijk ondersteund door de meest liquide componenten, waarbij de groei op jaarbasis van het eng gedefinieerde monetaire aggregaat M1 in februari uitkwam op 10,3%, vergeleken met 10,5% in januari.

De kredietverstrekkingsdynamiek is zich geleidelijk blijven herstellen, een ontwikkeling die al te zien is sinds begin 2014. Het groeitempo op jaarbasis van leningen aan niet-financiële vennootschappen (gecorrigeerd voor de verkoop en securitisatie van leningen) steeg in februari 2016 naar 0,9%, tegenover 0,6% in januari. De ontwikkelingen in de leningen aan ondernemingen blijven een weerspiegeling vormen van de vertraagde relatie met de conjunctuurfase, kredietrisico’s en de voortgaande balansaanpassingen in de financiële en niet-financiële sector. De groei op jaarbasis van leningen aan huishoudens (gecorrigeerd voor de verkoop en securitisatie van leningen) steeg in februari 2016 naar 1,6%, vanaf 1,4% in januari.

De enquête naar de bancaire kredietverlening in het eurogebied voor het eerste kwartaal van 2016 wijst op verdere verbeteringen van de kredietverstrekkingsvoorwaarden voor ondernemingen en van de vraag naar krediet bij alle leningcategorieën. Verbeteringen in de vraag naar bankleningen werden ondersteund door het lage niveau van de rentetarieven, de financieringsbehoeften voor investeringsdoeleinden en de vooruitzichten voor de huizenmarkten.

Over het geheel genomen hebben de door ons sinds juni 2014 genomen monetairbeleidsmaatregelen de kredietnemingskosten voor bedrijven en huishoudens en de kredietstromen in het eurogebied duidelijk verbeterd. Het veelomvattende pakket aan nieuwe monetairbeleidsmaatregelen dat in maart van dit jaar is aangenomen schraagt het verdergaande herstel van de kredietgroei en ondersteunt aldus het herstel van de reële economie.

Kortom: een toetsing van de uitkomsten van de economische analyse aan die van de monetaire analyse bevestigde de noodzaak van het handhaven van een passende mate van monetaire accommodatie om zonder onnodige vertraging te zorgen voor een terugkeer van de inflatie naar niveaus onder maar dicht bij 2%.

Het monetair beleid is gericht op het handhaven van de prijsstabiliteit op de middellange termijn, en de accommoderende koers ervan ondersteunt de economische bedrijvigheid. Zoals vele malen benadrukt door de Raad van Bestuur, en zoals met kracht herhaald in zowel Europese als internationale beleidsdiscussies, moet, om ten volle de vruchten van onze monetairbeleidsmaatregelen te kunnen plukken, ook op andere beleidsterreinen een veel vastbeslotener bijdrage worden geleverd, zowel op nationaal als Europees niveau. Structureel beleid is van essentieel belang, gezien de aanhoudend hoge structurele werkloosheid en de lage potentiële productiegroei in het eurogebied. Met name maatregelen om de productiviteit te verhogen en het ondernemingsklimaat te verbeteren (waaronder het zorgen voor een toereikende openbare infrastructuur), zijn van cruciaal belang om de investeringen te doen toenemen en het scheppen van banen te bevorderen. Snelle en effectieve tenuitvoerlegging van structurele hervormingen, tegen de achtergrond van een accommoderend monetair beleid, zal niet alleen leiden tot hogere duurzame economische groei in het eurogebied, maar zal tevens het eurogebied beter bestand maken tegen mondiale schokken. Ook het begrotingsbeleid dient het economisch herstel te ondersteunen, maar zich daarbij te houden aan de begrotingsregels van de Europese Unie. De volledige en consistente tenuitvoerlegging van het Stabiliteits- en Groeipact is van cruciaal belang om het vertrouwen in het begrotingskader te handhaven. Tegelijkertijd dienen alle landen te streven naar een groeivriendelijker samenstelling van hun begrotingsbeleid.

Wij staan nu tot uw beschikking voor vragen.

Voor de exacte bewoordingen van de door de Raad van Bestuur overeengekomen tekst wordt verwezen naar de Engelstalige versie.

CONTACT

Europese Centrale Bank

Directoraat-generaal Communicatie

Reproductie is alleen toegestaan met bronvermelding.

Contactpersonen voor de media